zaterdag 9 juni 2012

Verrassend Den Haag

08-06-2012 - Klaar om te vertrekken zoek ik mijn sleutelbos. `Lisanne heb jij mijn sleutels gezien?’ vraag ik wanneer zij naar buiten stapt om naar school te gaan. ‘Ja, ze zitten in de voordeur, aan de buitenkant, sinds gisteravond’. Eerlijke mensen hier in onze straat. Ik fiets in een uurtje naar Drievliet aan de rand van Den Haag. Open water in Den Haag? De Binnenhofvijver, de Laakhaven en de Vissershaven ja, maar daar ga je toch niet kanovaren? Vanaf straatniveau zie je ze bijna niet maar Den Haag wordt doorkruist door vele grachten. Na de Binckhorsthaven heb ik de keuze tussen het Centrum en de Laakhaven. Ik kies voor het Centrum en kom langs het Strijkijzer waarna ik 100 meter in het donker vaar, onder het Rijswijkse Plein door en langs de Haringkoning. Even verderop kom ik in het Centraal Stationsgebied, weer 200 meter in het donker met een paar minuscule lampjes half verduisterd door spinrag. De Hoftoren (Ministerie van Onderwijs) bij het Centraal Station is niet meer het hoogste gebouw van Den Haag sinds er tegenover drie nieuwe wolkenkrabbers verrezen zijn. Die overschaduwen ook de Tieten van Borst, sorry het Ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport. Langs het Malieveld en het Provinciehuis kom ik op de Koninginnegracht met de vele ambassades in statige kantoorpanden. Bij Madurodam ga ik een zijkanaal in onder het Ministerie van Infrastructuur en Milieu door (voorheen Verkeer en Waterstaat) en kom in een gebied met bosjes en sportvelden. Ik vis een paar dozijn ballen van alle soorten en maten uit het water, vooral tennis- en hockeyballen, en gooi ze over het hek bij Klein Zwitserland en de Haagse Lawntennis Club, waar ze aan een tweede leven kunnen beginnen. Na een haakse bocht kom ik bijna in aanvaring met een zwanenfamilie. Veel geblaas van moeder zwaan en een vechthouding van vader zwaan doen me besluiten de kano in zijn achteruit te zetten. Ik geef het toe, ik ben een slechte vechter. Vader zet de achtervolging in terwijl moeder bij het kroost blijft. Voor omkeren, als het al kon op de 5 meter brede sloot, is het te laat en ik peddel als een bezetene achteruit. Na 100 meter vindt de zwaan dat ik ver genoeg uit de buurt van zijn kinderen ben. Ik klim op de kant en draag mijn boot door de brandnetels om de zwanenfamilie heen. Nog steeds veel geblaas en een dreigende houding, maar ze komen me niet achterna. Voorbij het Westbroekpark eindigt het kanaal, een kilometer van het strand. Ik vaar om het park heen, door de achtertuintjes van kapitale panden aan de Nieuwe Parklaan. Een grote groep ganzen zwemt voor me uit. Om geen paniek te veroorzaken houd ik voldoende afstand en vaar ik heel langzaam. Ik keer om wanneer ik merk dat het water doodloopt en de ganzen nerveus naar vluchtroutes beginnen te zoeken. Op de terugweg vaar ik om het Provinciehuis heen, een stukje langs de Benoordenhoutseweg en onder de Utrechtse Baan door. Daarna steekt de wind op, golven spatten om me heen bij de Laakhaven waar het wat opener is. Een korte regenbui met heftige windvlagen volgt. Wanneer ik bij Drievliet aanleg schijnt de zon weer. Ik graai in mijn tas naar mijn sleutels, waar zijn die nou weer? Dan zie ik na een windvlaag iets bewegen, het is mijn sleutelbos die aan het stuur hangt. Eerlijke mensen hier in Drievliet en ouderdom komt met gebreken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten