woensdag 27 april 2011

Wassenaar

25-04-2011 - De stad is nog in diepe rust wanneer ik op 2e paasdag vroeg in de ochtend over de Oude Rijn vaar. Voorbij het Haagse Schouw ga ik de Wassenaarse Wetering op, waar ik tussen de weilanden en de vliegbasis door vaar. Voorbij Wassenaar vaar ik door achtertuintjes van villa’s die aan de straatkant zwaar beveiligd zijn met hoge hekken en camera’s. Blijkbaar verwachten de bewoners dat er geen dreiging van het water komt, hoewel zwanen er heel dreigend uitzien met hun opgezette veren.
De Watering eindigt op de vijver bij Kasteel Oud Wassenaar. Ook hier diepe rust, de enige geluiden komen van de ganzen op de kant en in de lucht, mijn peddel in het water en ooievaars die hun nest hebben gebouwd op het dak van het kasteel.

maandag 18 april 2011

Bollenroute

17-04-2011 Ik ben niet de enige die vandaag de Bollenroute verkent. Op de slootjes tussen Lissen en Hillegom kom ik een paar groepjes kanovaarders tegen waaronder ook oosterburen die het niet kunnen laten om een flinke voorraad hyacyntenbollen in hun boot te laden. Verder is het rustig op het water, met een paar motorjachten op de Ringvaart en een enkele sloep op de Trekvaart. Op de weg is het dringen: ik kruis de Bollenroute die langs smalle wegen door de Bollenstreek voert en ik zie de auto's bumper aan bumper door het landschap schuiven, met de fietsende gezinnen en wielerploegen erussen. Van VW Keverclub tot een groot gezelschap Franse campers, allemaal moeten ze vandaag de bollen zien. Het geurt overal heerlijk naar bloemen, de hyacinten verpreiden de sterkste geur. De Ringsloot eindigt bij de Lisserpoelmolen, dicht bij de plek waar ik op de Ringvaart de tocht ben begonnen.
(foto: Holland-Rijnland)

zondag 3 april 2011

Lek en Hollandsche IJssel

02-04-2011 - Deze dag heb ik met zorg uitgekozen voor een tocht langs de Lek en Hollandsche IJssel; de getijdenvoorspelling geeft een laagwaterstand in Rotterdam rond het middaguur, daardoor kan ik optimaal gebruik maken van de ebstroom op de Lek terwijl de vloedstroom me de Hollandsche IJssel op duwt, geholpen door een straffe zuidwestenwind. Tot zover de theorie.

Ik ga vroeg van huis en kom tegen acht uur bij het startpunt, de Waaiersluis in Gouda (foto boven). Na een stukje Hollandsche IJssel kom ik in Haastrecht waar ik moet lopen om bij de Vlist te komen. Deze keer heb ik mijn opvouwbare karretje meegenomen, dat gaat beter dan lopen met de boot op de schouder. Langs de Vlist is een wandeling georganiseerd, ik kom kleine en grote groepen wandelaars tegen die op weg zijn naar Haastrecht. Ik vaar langs een weiland waar vier jonge zwanen me in de peiling krijgen en in plaats van rustig te blijven zitten, rennen ze naar het water om voor me uit te zwemmen. Ik blijf er rustig achter varen om ze niet de schrik aan te jagen, als ik te dichtbij kom beginnen ze te rennen en met de vleugels te klapperen om weer wat voorsprong te krijgen, ze vliegen niet weg. Na twee kilometer komen ze op het slimme idee om de kant op te klimmen waarna ik weer wat tempo kan maken.

In Schoonhoven draag ik over van de Vlist naar de Singel en kan ik langs de gracht, onder de waag door varen, tot het stadhuis (foto). Daar zit de eerste van de drie keersluizen die me van de Lek scheiden. Het is niet handig om de gracht te blijven volgen met drie keer overdragen langs steile trappen. In plaats daarvan loop ik in 10 minuten naar de steiger bij de veerhaven. Daar drink ik mijn koffie en zie tot mijn spijt dat er weinig stroming op de Lek staat, zeker te weinig aanvoer vanaf de Rijn en de ebstroom is al grotendeels voorbij. De wind en de vrachtschepen zorgen samen voor enige golfslag maar spannend wordt het niet. Na twee uur varen langs Ammerstol, Streefkerk en Lekkerkerk voel ik vermoeidheid in mijn linkerarm van het tegenstuur geven bij zijwind, ik leg bij Lekkerkerk even aan voor rust en om mijn boterhammen te eten.
Het is intussen aardig warm geworden. Waren de wandelaars al vroeg op pad, vanaf 10 uur kwam ik groepen fietsers tegen, vanaf twaalf uur werden de motorclubs actief en niet veel later zag ik de eerste watersporters, nou ja sporters, snelle motorjachten en jetski’s. Die doen niet aan toeren, ze scheuren wat heen en weer en varen dan weer een haventje in.
Bij Kinderdijk zie ik draaiende molenwieken boven de dijk uit, ik stop bij een strandje om de dijk op te lopen en een blik te werpen op de Alblasserwaard en de toeristenkermis. Bij Stormpolder kom ik op de Hollandsche IJssel en jawel, hier klopt mijn theorie want ik heb profijt van de stroming die ik schat op 30 tot 40 cm per seconde, niet veel maar voor een vlakwatervaarder een slok op een borrel.

Bij de Waaiersluis aangekomen zie ik dat het bijna hoogwater is, dat is fijn want daardoor kost het weinig moeite om op de kant te klimmen. Ik zie de sluiswachter die een demonstratie geeft aan een aantal bezoekers, hij heeft de sluis opengezet waardoor er water naar binnen stroomt. Vreemd, ik zou zeggen dat het water naar zee moet worden afgevoerd maar bedenk dan dat maart erg droog geweest is en dat de boeren met het groeiseizoen voor de deur wel wat water kunnen gebruiken.

De route staat in een Google kaartje.